• Pol Vermeersch
    Pol Vermeersch

    Pol Vermeersch werd op 12 april 1951 te Kortrijk geboren als tweede van drie kinderen van wijlen plastisch kunstenaar José Vermeersch en Diane Beck.

    Zijn middelbare studies voltooide hij in het Sint-Amanduscollege te Kortrijk, waarna hij naar de KU van Leuven trok om er af te studeren als dokter in de geneeskunde.
    In de Zeger van Heulestraat, 33  te Heule,  waar hij ook zijn jeugd passeerde, woont en werkt hij er nu als huisarts.
    Zijn oudste broer Rik en zijn jongere zus Vera kozen beiden voor een artistieke loopbaan.

    Pol Vermeersch erfde ook een pak genetisch materiaal met artistieke lading.
    De creatieve energie die daarin ontstaat lost zich in de nar “Cyriel”, zijn alter ego, die hij leerde kennen bij het lezen van Erasmus’ “Lof der Zotheid”.

    Bloed kruipt waar het niet gaan kan…

  • Pol Vermeersch - Cyriel
    Cyriel

    Schreef poëzie (1992 De Honden van mijn Vader, 1993 Perle d’Amour, Tempeltijd, Spiegels uit Narragonia, 2003 Cyriel – Huyze Decock – verzamelde gedichten, 2006 Vrouwen).
    Introducties voor beeldende kunst.
    Gaf diverse openingstoespraken en performances voor tal van culturele evenementen en bracht theater met “Het Zottenfeest, “De Hulambiek”, “Braem en Duyck” (Joris Denoo), “Magie, Magia, Magèia !” (Minardschouwburg Gent), “Acht honden en één menner” (Buda Eyeland Anno 2002).

    Bekend in Vlaanderen als de reïncarnatie van de middeleeuwse nar.
    “(…) de nar, die sater, vrijbuiter en anarchist die met zijn marottenzweep en zijn scherpe spiritualiteit de gelijkmoedigheid, het onvermogen en het onbegrip, de zelfgenoegzaamheid en de zelfingenomenheid te lijf gaat, de suffenden wakker mept, de tragen aanport en de zielen verkwikt en vooral bezwerend waarschuwt tegen verloedering en degenererend entertainment. (…)” Stefan Van craeynest, 1993

    “(…) Je breekt uit je vel en roostert je hart/ Voor hen die je bemint/ Al je vezels trillen tot/ In hun verste dendrieten/ Il sympatico, zotsmonnik, Arno van het vers/ Je veux nager dans ton jardin des poèmes” Geert Verbeke, 2003